Onderzoeksprogramma 2023 - 2024

Inleiding

In de tweede helft van 2022 (met uitloop naar begin 2023) heeft de Rekenkamer gesprekken gevoerd met alle fracties van de Gemeenteraad. Naast een korte terugblik op werkwijze en functioneren van de Rekenkamer(commissie), lag de focus in deze gesprekken op het verkennen van mogelijke onderwerpen voor het Onderzoeksprogramma 2023 en 2024.

Op grond van deze gesprekken heeft de Rekenkamer een onderzoeksprogramma vastgesteld voor het jaar 2023 en 2024. In een Onderzoeksprogramma wordt de keuze vastgelegd van de onderzoeksonderwerpen voor de betreffende jaren. De Rekenkamer kiest nu voor drie onderwerpen, zodat er ruimte is om in te spelen op actualiteit en/of behoefte voor een vierde onderzoek in de loop van 2024.

Werkwijze

Zoals bekend mag worden verondersteld is de Rekenkamer onafhankelijk in de keuze van de onderzoeksonderwerpen. Zij luistert daarbij wel naar wat er leeft in de gemeenteraad. Gelukkig was het weer mogelijk om fractiebezoeken te houden. In deze gesprekken zijn tal van onderwerpen genoemd door de fracties, zoals onderzoek naar de effectiviteit van preventieve maatregelen in de sociale sector, naar doelmatigheid van de inzet van externe adviseurs, naar cybersecurity, naar de aanpak rondom de duurzaamheidsagenda, naar de betrokkenheid van de Raad bij anterieure overeenkomsten, naar het beleid rondom onderhoud van stoepen, naar vergroten van de betrokkenheid van alle Waalrenaren bij inwonersparticipatie, en naar versterken en beter zichtbaar maken van de positie van de Raad in relatie tot het College.

Verder is gesproken over de groslijst van onderwerpen, die de Rekenkamer had opgesteld. Op deze groslijst stonden de onderwerpen: armoedebeleid, Betrokkenheid Raad bij (uitvoering van) de RES, de wijze van belangenafweging in de Raad en Burgerparticipatie. Bij de uiteindelijke keuzebepaling houdt de Rekenkamer rekening met de politieke actualiteit, een zekere spreiding over de verschillende beleidsterreinen, draagvlak bij sleutelspelers en de jaarplanning van college en organisatie. Zo wordt voorkomen, dat processen elkaar doorkruisen en in de weg gaan zitten.

Op het moment dat een onderzoek wordt opgestart wordt het onderzoeksonderwerp verder uitgediept in een onderzoeksplan, dat ter kennisname aan raad, college en managementteam wordt aangeboden.

Keuze onderwerpen

Anterieure overeenkomsten

Waarom

De bouwopgaves van Waalre zijn stevig. Inpassingen in bestaande bebouwing en/of uitbreiding hebben veel implicaties. Per definitie is ruimtelijke ontwikkeling dus een onderwerp waar de Raad bij betrokken is. Eén van de instrumenten die het College in een vroeg stadium van planontwikkeling ter beschikking heeft, is de anterieure overeenkomst. Dat is een privaatrechtelijke overeenkomst in de beginfase van een project voor de vaststelling van het exploitatieplan. Met een anterieure overeenkomst worden bijvoorbeeld afspraken vastgelegd tussen gemeente en ontwikkelaar over betaling van de kosten, de planschade, de ontsluiting. Maar wat zijn de spelregels rondom zo’n overeenkomst? Op basis van welke criteria wordt daartoe besloten? Hoe zit het met de omgevingswet? Wat is de rol en positie van College, ambtelijke organisatie en Raad bij een anterieure overeenkomst, en hoe rolvast acteren alle betrokkenen?

Globale inhoud onderzoek

  • Wat is een anterieure overeenkomst, en welke plek heeft deze in huidige en toekomstig wet en regelgeving op gebied van ruimtelijke ontwikkeling? Welke voor en nadelen van dit instrument zijn uit de literatuur bekend?
  • Hoe vaak (percentage van ruimtelijke initiatieven van derden) wordt het instrument in Waalre gebruikt?
  • Zijn er criteria voor de beslissing een anterieure overeenkomst aan te gaan. Zo ja, welke zijn dat en worden deze criteria ook actief gebruikt (toetsbaar) bij een besluit tot aangaan van een anterieure overeenkomst
  • Welke rol en positie hebben College en Raad voorafgaand en bij een anterieure overeenkomst?
  • Hoe is de informatievoorziening over een anterieure overeenkomst geregeld?
  • Tot welke conclusies en aanbevelingen leidt dit onderzoek.

Het onderzoeksplan wordt in de loop van 2023 ter kennisname aangeboden.

Inwonersparticipatie

Waarom

In het Bestuursakkoord en in het Collegeprogramma wordt veel nadruk gelegd op inwonersparticipatie. Er is beleid ontwikkeld daarvoor. De vraag is nu hoe dat in de praktijk uitpakt. Gezien het belang van dit onderwerp kiest de Rekenkamer voor een vorm van onderzoek die recht doet aan de praktijk waarin Raad, College, ambtelijke organisatie en inwoners met elkaar ervaringen opdoen met vormen van participatie. Dat houdt in dat er per jaar 1 a 2 dossiers worden onderzocht (op verschillende beleidsterreinen) en dat in de rapportage het accent ligt op leren en waar nodig bijstelling van beleid en/of praktijk. Mogelijk kan dan eind 2024 een wat meer omvattend rapport worden geschreven.

Globale inhoud onderzoek

  • In afstemming met Raad en College bepalen van een dossier om de wijze van inwonersparticipatie te onderzoeken
  • Wat is het beleid, welke overwegingen hebben een rol gespeeld bij de keuze voor de opzet van inwonersparticipatie, en de trede op de participatieladder
  • Waren de keuzes voor de wijze van betrokkenheid van de inwoners bij iedereen (Raad, college, inwoners ) bekend? Was er bij deze gremia overeenstemming over de keuzes?
  • Waar is het besluit over de wijze van inwonersbetrokkenheid genomen, en past dat bij het beleid?
  • Hoe rolvast waren inwoners, Raad, College, organisatie in het proces van de inwonersparticipatie?
  • Is het gelukt alle groepen inwoners die bij dit een onderwerp een belang hebben te bereiken? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat heeft daarin goed gewerkt?
  • Hoe waarderen inwoners , Raad, College en organisatie de opbrengsten van de inwonersparticipatie in dit dossier? Zijn de eventuele verschillen in waardering te verklaren?
  • Tot welke aanbevelingen leidt dit onderzoek voor volgende dossiers waarbij sprake is van inwonersparticipatie?

Het onderzoeksplan wordt in de loop van 2023 ter kennisname aangeboden.

Geldzorgenbeleid

Waarom

In armoede leven en geldzorgen hebben heeft grote gevolgen voor welbevinden, gezondheid, meedoen aan de samenleving, scholing en werk. Er zijn tal van regelingen voor mensen met geldzorgen, maar veel van die regelingen worden niet gebruikt door de mensen waarvoor ze zijn bedoeld. Zowel in het huidige armoede beleid als in het nieuw te formuleren geldzorgenbeleid is daarom de vraag naar de effectiviteit van dergelijk beleid cruciaal. Het gaat dan zowel over de inhoud van het beleid (sluiten regelingen aan bij de behoeften van inwoners met geldzorgen) als over toegankelijkheid en begrijpelijkheid van de regelingen.

Globale inhoud onderzoek

  • Wat is het beleid op het terrein van armoede en geldzorgen in Waalre?
  • Met welke regelingen en welke instrumenten geeft Waalre uitvoering aan dit armoedebeleid/geldzorgenbeleid?
  • Wie zijn de betrokken spelers bij de uitvoering van het beleid, welke rol hebben ze en hoe is de samenwerking?
  • Hoeveel rechthebbenden maken gebruiken van deze regelingen?
  • Op welke wijze worden rechthebbenden gewezen op het bestaan van de regelingen?
  • Is er inzicht bij gemeente, belangenorganisaties, maatschappelijke organisaties in de redenen en oorzaken van eventueel
  • ondergebruik van de regelingen?
  • In hoeverre helpen de bestaande regelingen in het structureel verminderen van geldzorgen en het opheffen van armoede? Welke indicatoren voor effectiviteit van het beleid zijn benoemd? Worden deze gemonitord? Worden de beoogde beleidsdoelen gerealiseerd?

Het onderzoeksplan wordt in de loop van 2024 ter kennisname aangeboden.